Quinoa komt oorspronkelijk uit de Andes, een bergketen in Zuid-Amerika, waar het al 5.000 jaar v.Chr. werd verbouwd door precolumbiaanse volkeren. Quinoa wordt dus al duizenden jaren verbouwd. De Inca’s beschouwden quinoa zelfs als een heilige plant. Helaas werd tijdens de inval van de Europeanen op het Zuid-Amerikaanse continent het verbouwen van quinoa verboden, want de Spaanse kolonisten vonden het heidens voedsel. Gelukkig zijn kleine telers hoog in het Andesgebergte doorgegaan met de teelt. Hierdoor is het gewas bewaard gebleven en kunnen wij nu nog genieten van dit heerlijke zaadje.
In 1990 is de Wageningen University & Research (WUR) begonnen met het ontwikkelen van nieuwe quinoa rassen (met natuurlijke veredeling) die aangepast zijn aan het Nederlandse klimaat. In 2014 is er met deze nieuwe rassen voor het eerst quinoa geteeld in Nederland.
De nieuwe rassen hebben ook een laag saponine gehalte (<0,11%). Saponine is een bittere anti-nutritionele stof die in de traditionele rassen in grotere hoeveelheden aanwezig is. Bij deze rassen moet de saponine dus worden verwijderd (het buitenste saponine-rijke laagje van het quinoa zaadje wordt dan verwijderd, wat veel tijd, geld en water kost). Bij Nederlandse Quinoa zijn deze extra processtappen niet nodig waardoor Nederlandse Quinoa dus volkoren quinoa is!